Recente onderzoeksgegevens over de gevolgen van onbehandelde HIV-infecties en de uitbreiding van antiretrovirale behandelmogelijkheden van niet eerder behandelde en wel reeds behandelde volwassen HIV-patiënten vragen om een aanpassing van de door de internationale AIDS-vereniging opgestelde aanbevelingen voor behandeling. In het overzicht van Thompson en medewerkers worden deze aanpassingen uitvoerig belicht. Zij bespreken wanneer men met de antiretrovirale therapie moet beginnen, hoe men tot selectie van het juiste behandelregime kan komen, hoe men de behandelde patiënten moet vervolgen, wanneer men over moet gaan op een ander behandelregime en welk regime men dan moet volgen.
Om tot deze aanpassing van de huidige richtlijnen te komen, werd een groep van deskundigen samengesteld. Zij analyseerden alle gerapporteerde onderzoeken tot april 2010 in het bestand van PubMed, in samenvattingen van wetenschappelijke congressen, in aanpassingen van uitkomsten van klinisch onderzoek door de farmaceutische industrie en in meldingen van bijwerkingen van voor behandeling van HIV-infecties gebruikte medicatie. Op basis van deze analyse stelden de deskundigen een lijst van aanbevelingen op met een rangorde.
De consensus over de aan te passen richtlijnen bevatte de volgende punten:
- HIV-patiënten moeten bereid gevonden worden voor medicamenteuze behandeling alvorens met de behandeling aan te vangen;
- Behandeling wordt aanbevolen bij alle symptomatische patiënten;
- Wanneer het aantal CD4-positieve lymfocyten kleiner is dan 500/μL wordt behandeling van alle asymptomatische HIV-patiënten aanbevolen; ook bij HIV-patiënten in bepaalde andere omstandigheden (bijvoorbeeld zwangerschap) of met comorbiditeit (bijvoorbeeld hepatitis B of C);
- Behandeling moet sterk overwogen worden bij alle asymptomatische HIV-patiënten bij wie het aantal CD4-positieve lymfocyten groter is dan 500/μL;
- De geneesmiddelen die ingezet worden bij de aanvankelijke en vervolgbehandeling dienen per individu vastgesteld te worden. Bij de keuze van het middel moeten resistentie, toxiciteit, interacties, comorbiditeit en doseerregime een rol spelen. Op basis van huidige gegevens dient men een combinatie van 2 NRTI’s en een derde middel uit een andere klasse te kiezen.
- Patiënten die antiretrovirale therapie ontvangen, moeten regelmatig vervolgd worden om het effect van de behandeling te kunnen vaststellen. Hierbij moet men gebruikmaken van de combinatie van plasma HIV–RNA–concentraties en het aantal CD4-positieve lymfocyten. Hierdoor kan het falen van een ingezette behandeling snel worden ontdekt en een ander behandelregime worden ingezet.
Al met al een zeer lezenswaardig overzicht, dat met name op de nieuwe farmacotherapeutische behandelingsmogelijkheden van HIV-infecties ingaat.
Belangenverstrengeling: de meeste auteurs ontvingen gelden van de farmaceutische industrie.
Thompson MA, Aberg JA, Cahn P, Montaner JSG, Rizzardini G, Telenti A et al. Antiretroviral treatment of adult HIV infection 2010: recommendations of the international AIDS society-USA panel. JAMA 2010;304:321-333.
Auteurs | Dr. P.L.B. Bruijnzeel |
---|---|
Thema | Aanbevolen Overzichten |
Publicatie | 24 januari 2011 |
Editie | PiL - Jaargang 15 - editie 1 - Editie 1, 2011 |