Behandeling met antipsychotica is sinds de ontdekking ervan altijd gepaard gegaan met het optreden van bijwerkingen. De implementatie van farmacogenetica is een veelbelovende manier om de antipsychotische behandeling te verbeteren. Hierbij is het ideaal dat voor iedere individuele patiënt het beste middel te kiezen is, gebruikmakend van kennis van zijn of haar genetische kenmerken. De resultaten uit het onderzoek van Jochem Gregoor geven aan dat variaties in de leptinereceptor geassocieerd zijn met metabole ontregeling (onder andere overgewicht) gedurende het gebruik van antipsychotica, maar dat deze associaties sterk afhankelijk zijn van andere factoren zoals het geslacht van de patiënt. Verder bleek genetische variatie in het CYP2D6-enzym geassocieerd met de duur van opname. Opnamen in het psychiatrisch ziekenhuis duurden bij patiënten met een genetisch bepaalde verhoogde activiteit van dit enzym langer en patiënten hadden een ongeveer tweemaal zo hoge kans noodmedicatie (per injectie) te krijgen toegediend.
Auteurs | J.G. Gregoor |
---|---|
Thema | Laboratorium |
Publicatie | 18 juni 2013 |
Editie | PiL - Jaargang 17 - editie 2 - Editie 2, 2013 |