Aciclovir, valaciclovir en famciclovir zijn antivirale middelen die worden gebruikt bij de behandeling van infecties met herpes simplex en herpes zoster. De prevalentie van herpes simplex is hoog en kan gepaard gaan met recidiverende infecties. De incidentie van herpes zoster is 1,5 tot 2 per 1000 persoonsjaren bij dertigers en veertigers. Dit maakt dat antivirale behandeling ook voor een niet onbelangrijk aantal zwangere vrouwen is aangewezen. Er zijn echter weinig gegevens over de veiligheid van deze middelen bij gebruik tijdens het eerste trimester van de zwangerschap. De onderzoekers hebben daarom een groot landelijk cohortonderzoek uitgevoerd met behulp van een gegevensbestand waarin de gegevens zijn verwerkt van 837.795 levend geboren kinderen in Denemarken in de periode van januari 1996 tot oktober 2008. Doel van het onderzoek was om de prevalentie odds ratio’s (POR’s) te bepalen van aangeboren afwijkingen die in het eerste levensjaar zijn vastgesteld na blootstelling aan antivirale geneesmiddelen in het eerste trimester van de zwangerschap. Tijdens 1804 zwangerschappen werd aciclovir, valaciclovir of famciclovir gebruikt; bij 40 (2,2%) van de uit deze zwangerschappen geboren kinderen werden ernstige aangeboren afwijkingen vastgesteld. Bij 19.920 (2,4%) kinderen die tijdens de zwangerschap niet aan deze middelen waren blootgesteld (POR=0,89; 95%BI:0,65-1,22) werden eveneens dergelijke afwijkingen gevonden. Ook wanneer gekeken werd naar het risico van ofwel aciclovir ofwel valaciclovir afzonderlijk, werd geen significant verschil gevonden, met POR’s van respectievelijk 0,82 (95%BI: 0,57-1,17) en 1,21 (95%BI: 0,56-2,62). Famciclovir werd zelden gebruikt (n=26); in deze groep was één kind waarbij een aangeboren afwijking werd aangetoond (3,8%). Subgroepanalyses leverden geen verbanden op, maar het aantal patiënten in deze groepen was te klein om daar harde uitspraken over te kunnen doen.
In de discussie wordt onder andere het gebrek aan gegevens over therapietrouw als een grote tekortkoming van het onderzoek benoemd. Het ontbreken van deze informatie geeft mogelijk een onderschatting van de resultaten. Omdat uit dit onderzoek geen significante samenhang blijkt tussen het gebruik van antivirale middelen tijdens het eerste trimester van de zwangerschap en het risico op aangeboren afwijkingen, adviseren de onderzoekers om bij de behandeling van een zwangere vrouw te kiezen voor aciclovir, aangezien daar tot nu toe de meeste ervaring mee is opgedaan. Daarnaast wordt aanbevolen om meer onderzoek te doen naar de veiligheid van antivirale middelen bij spontane abortussen, zwangerschap en lactatie.
Opmerking referent: de onderzoekers hebben alleen gekeken naar aangeboren afwijkingen die in het eerste levensjaar zijn geconstateerd. Afwijkingen die pas na het eerste jaar aan het licht komen, zijn niet in het onderzoek meegenomen. De genoemde antivirale middelen vallen in Nederland onder zwangerschapscategorie B3. Het Farmacotherapeutisch Kompas zegt hierover het volgende: “Geneesmiddelen waarvan kan worden aangenomen dat zij slechts door een beperkt aantal zwangeren en vruchtbare vrouwen zijn gebruikt zonder dat tot dusver een toename van enige vorm van stoornis of schadelijk effect is waargenomen, dan wel andere directe of indirecte schadelijke effecten op de foetus bekend zijn […] Categorie B3: Onderzoeken naar reproductietoxiciteit in dieren hebben een verhoogde incidentie van foetale schade of andere nadelige effecten aan het licht gebracht, waarvan de betekenis voor de mens onzeker wordt geacht.” (bron: www.farmacotherapeutischkompas.nl, geraadpleegd oktober 2010)
Belangenverstrengeling: geen.
Pasternak B, Hviid A. Use of acyclovir, valacyclovir and famciclovir in the first trimester of pregnancy and the risk of birth defects. JAMA 2010;304:859-866.
Aciclovir is in Nederland op de markt als zodanig en als Zovirax®, Koortslipcrème en Zinolium®
Valaciclovir is in Nederland op de markt als Zelitrex®
Famciclovir is in Nederland op de markt als Famvir®
Auteurs | L.A. ten Berg-Lammers |
---|---|
Thema | Farmacotherapie |
Publicatie | 17 november 2010 |
Editie | PiL - Jaargang 14 - editie 9 - Editie 9, 2010 |