In klinisch onderzoek maakt men vaak gebruik van dichotome eindpunten. Dat wil zeggen dat de gebeurtenis wel of niet optreedt, zoals het geval is bij overlijden of hartinfarct. Onderzoekers combineren vaak deze eindpunten. Zo worden overlijden en cardiovasculaire eindpunten zoals CVA, hartfalen, hartinfarct of ziekenhuisopname voor één van de genoemde aandoeningen gecombineerd. Als door behandeling met medicatie een vermindering van het gecombineerde eindpunt met 10% wordt bereikt, is het van belang te weten wat de bijdrage van de individuele eindpunten is om de waarde van de vermindering te kunnen beoordelen. Het gebruik van gecombineerde eindpunten wordt ingegeven door overwegingen van doelmatigheid: doordat meer gebeurtenissen optreden, zijn minder proefpersonen nodig om een verschil aan te tonen met eenzelfde statistische bewijskracht. De keerzijde van de medaille is dat de klinische waarde van de bevindingen hierdoor achteruit gaat: indien een vermindering van 10% wordt waargenomen, kan deze bereikt zijn met eenzelfde vermindering voor alle eindpunten, maar ook met een geringe daling van de mortaliteit en een grote daling van de overige cardiovasculaire eindpunten. Voor het resultaat maakt dat een heel verschil.
Idealiter zou elk van de gecombineerde eindpunten een even groot belang voor de patiënt moeten hebben, in ongeveer dezelfde frequentie voor moeten komen en op ongeveer dezelfde wijze moeten worden beïnvloed door de behandeling. In de praktijk is dit meestal niet het geval. Daarom zou de lezer wegingsfactoren kunnen toekennen aan de verschillende eindpunten om een idee te krijgen van het klinisch belang. In het merendeel van de onderzoeken, die opgezet zijn om een verschil in een gecombineerd eindpunt aan te tonen, wordt het verschil bepaald door een van de eindpunten en dan meestal zelfs de minst ernstige.
Belangenverstrengeling: geen.
Tomlinson G, Detsky A. Composite end points in randomised trials. JAMA 2010;303:267-8.
Auteurs | P.J.M.M. Toll |
---|---|
Thema | Diversen |
Publicatie | 28 mei 2010 |
Editie | PiL - Jaargang 14 - editie 4 - Editie 4, 2010 |