Praktijkgerichte nascholing over farmacotherapie in de eerste lijn
Menu

Hormoonregulatie en brexanolon bij post-partumdepressie

Door op 01-12-2021
  • 00Inleiding
  • 01De relatie tussen reproductieve hormonen en post-partumdepressie
  • 02Werking van brexanolon
  • 03Effectiviteit van brexanolon
  • 04Effectiviteit en kosteneffectiviteit van brexanolon ten opzichte van andere behandelingen
  • 05Klinische implicaties
  • 06Conclusie
  • 07Reacties (0)

Samenvatting

Post-partumdepressie (PPD) komt bij 10% van de vrouwen voor en is daarmee de meest voorkomende complicatie na de bevalling. Het ligt voor de hand om aan te nemen dat hormonen een rol spelen in het ontstaan van PPD, al is dit verband nog niet eenduidig aangetoond. Met de komst van brexanolon is er mogelijk bewijs voor een specifiek hormoongerelateerde pathofysiologie van PPD. Brexanolon is een injecteerbare en synthetische vorm van allopregnanolon, een actieve metaboliet van progesteron. Hoewel de studies die tot nu toe gedaan zijn met brexanolon een snelle en significante daling van depressieve symptomen laten zien ten opzichte van placebo, zijn er zowel methodologisch als klinisch vooralsnog te veel onduidelijkheden en bezwaren om het middel in de Nederlandse praktijk in te voeren. Het wachten is op registratie door het EMA en beoordeling daarna in Nederland door het Zorginstituut Nederland.

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Informatie over dit artikel

Auteurs Lambregtse-van den Berg, M.P.
Thema Nascholingsartikel
Accreditatie 1 accreditatiepunt
Publicatie 1 december 2021
Editie PiL - Jaargang 11 - editie 4 - Editie 4, 2021

Leerdoelen

Na het lezen van dit artikel

  • bent u op de hoogte van de relatie tussen reproductieve hormonen en post-partumdepressie;
  • bent u bekend met de veronderstelde werking van brexanolon;
  • bent u op de hoogte van de onderzochte effectiviteit en kosteneffectiviteit van brexanolon;
  • hebt u kennis van de beperkingen van de studies naar brexanolon;
  • bent u op de hoogte van de klinische plaatsbepaling van brexanolon.