Dyspneu is bij patiënten met COPD in de palliatieve fase een van de meest voorkomende en invaliderende symptomen. Maximale luchtwegverwijding met inhalatiemedicatie is vaak niet voldoende en veel patiënten blijven dyspneu ervaren ondanks optimalisering van de behandeling. De beste symptomatische behandeling (naast optimale inhalatiemedicatie) van dyspneu bij COPD in de palliatieve fase is het gebruik van opioïden. Ademhalingsdepressie blijkt bij lage startdoseringen ook bij ernstig COPD niet op te treden. Door het ontbreken van een duidelijke overgang van curatieve naar palliatieve fase bij patiënten met COPD, is het startmoment van opioïden moeilijk vast te stellen. In het algemeen wordt geadviseerd te starten met opioïden op het moment dat patiënten dagelijks dyspneu ervaren ondanks optimaal gebruik van inhalatiemedicatie en multidisciplinaire longrevalidatie.
Auteurs | S.M. de Hosson |
---|---|
Publicatie | 28 december 2012 |
Editie | PiL - Jaargang 16 - editie 4 - Editie 4, 2012 |