Praktijkgerichte nascholing over farmacotherapie in de eerste lijn
Menu

Opioïden voor behandeling van niet-maligne pijn bij ouderen

Door op 30-06-2011

Ernstige niet-maligne pijn treedt op bij een groot deel van de volwassen bevolking. Het is niet zeker wat de optimale behandeling is; opioïden zijn een belangrijke mogelijkheid. Er zijn echter betrekkelijk weinig gegevens beschikbaar over de verschillen in veiligheid van de beschikbare opioïden.
Het doel van een onderzoek van Solomon et al. was de onderlinge vergelijking van de veiligheid van de meest gebruikte opioïden. Zij maakten gebruik van vijf cohorten van bij elkaar passende (‘gematchte’) patiënten die verzameld waren in twee staten in de VS tussen 1966 en 2005. De patiënten hadden nooit eerder opioïden gebruikt en werden behandeld met resp. codeïnefosfaat, hydrocodonbitartraat, oxycodonhydrochloride, propoxyfeenhydrochloride of tramadolhydrochloride. Geen van de deelnemers had kanker of was opgenomen in een hospice of een verzorgingstehuis. De belangrijkste eindpunten waren de ‘incidence rate’ en de ‘rate ratio’ (RR) voor cardiovasculaire gebeurtenissen, fracturen en gastrointestinale bijwerkingen. Daarnaast werden verscheidene combinatie-eindpunten geformuleerd.
Per opioïd-behandelgroep beschikte men over de gegevens van 6275 bij elkaar passende personen. Het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis was gedurende de eerste dertig dagen van de behandeling in alle behandelgroepen gelijk. Na 180 dagen behandelen was dit echter significant groter in de met codeïne behandelde groep (RR 1,62). Het risico op fracturen na dertig dagen gebruik (RR: 0,21 en RR: 0,54 respectievelijk) was significant verlaagd bij gebruikers van tramadol en propoxyfeen ten opzichte van dat bij degenen die hydrocodon gebruikten. Het risico op een gastrointestinale bijwerking was bij alle behandelgroepen even groot. Dood door alle oorzaken was na dertig dagen behandelen toegenomen in de oxycodongroep en de codeïnegroep ten opzichte van de hydrocodongroep (RR 2.43 en RR 2.05 respectievelijk). De auteurs concluderen dat de veiligheid van de verschillende opioïden onderling sterk verschilt.
In een ander onderzoek van dezelfde groep wetenschappers wordt de veiligheid van verschillende soorten analgetica bij oudere volwassenen met arthritis vergeleken. Gekeken werd naar de veiligheid van niet-selectieve NSAID’s, selectieve COX-2-remmers en opioïden. De patiëntengegevens zijn in de twee staten van de VS uit hetzelfde gegevensbestand verzameld over dezelfde periode. Er wordt naar dezelfde eindpunten gekeken betreffende de veiligheid. Nu vergeleek men echter de behandeling met opioïden als groepsklasse met die met NSAID’s en selectieve COX-2-remmers.
Gebruik van opioïden blijkt een relatief verhoogd risico (Hazard Ratio [HR]: 1,77) te geven op cardiovasculaire gebeurtenissen ten opzichte van NSAID’s en COX-2 remmers (HR: 1,28). Het risico op fracturen was verhoogd bij gebruikers van opioïden ten opzichte van dat bij de andere twee behandelgroepen (HR: 4,47). Dit risico verschilde niet tussen gebruikers van NSAID’s en COX-2-remmers. Gastro-intestinale bloedingen traden minder op bij gebruik van COX-2-remmers (HR: 0,60). In het algemeen leidde gebruik van opioïden vaker tot een ziekenhuisopname door een bijwerking dan dat van de andere twee behandelingen (HR: 1,68). Ook het risico op dood door andere oorzaken was hoger in de groep die opioïden gebruikte (HR: 1,87).
Het moge duidelijk zijn dat gebruik van opioïden door ouderen (met of zonder een chronische ontsteking) in vele opzichten minder veilig is dan gebruik van andere analgetica en een verhoogd risico op bijwerkingen vormt.

Opmerking referent: niet alle genoemde opioïden zijn op de Nederlandse markt. Het hier gerefereerde onderzoek toont echter dat de veiligheid van de verschillende opioïden duidelijke verschillen laat zien.

Belangenverstrengeling: niet vermeld.

Solomon DH, Rassen JA, Glynn RJ, Garneau K, Levin R, Lee J, Schneeweiss S. The comparative safety of opioids for malignant pain in older adults. Arch Intern med 2010:170:1979-86. Solomon DH, Rassen JA, Glynn RJ, Garneau K, Lee J, Levin R, Schneeweiss S. The comparative safety of analgesics in older adults with arthritis. Arch Intern med 2010: 170:1968-78.

Codeinefosfaat is in Nederland op de markt als zodanig en als Melrosum®
Hydrocodonbitartraat is in Nederland niet op de markt
Oxycodonhydrochloride is in Nederland op de markt als Oxycontin® en als Oxynorm®
Propoxyfeenhydrochloride is in Nederland niet op de markt
Tramadolhydrochloride is in Nederland op de markt als zodanig en als Tradonal®, Tramagetic® en Tramal®

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Informatie over dit artikel

Auteurs Dr. P.L.B. Bruijnzeel
Thema Farmacotherapie
Publicatie 30 juni 2011
Editie PiL - Jaargang 15 - editie 5 - Editie 5, 2011