Er zijn fatale bijwerkingen beschreven bij kankerpatiënten die behandeld werden met een combinatie van de angiogeneseremmer bevacizumab en chemotherapie. Van een fatale bijwerking wordt gesproken als de dood zeer waarschijnlijk een gevolg is van geneesmiddelgebruik. Als bij behandeling met een dergelijke combinatie dood optreedt, dan is de rol van bevacizumab daarbij onduidelijk. Om die reden hebben de auteurs een meta-analyse uitgevoerd op de gepubliceerde gerandomiseerde onderzoeken met een dergelijke combinatietherapie, om het risico vast te stellen op een fatale bijwerking wanneer in de combinatie bevacizumab wordt gebruikt. Bevacizumab is een recombinant monoklonaal antilichaam dat zich bindt aan de vasculaire endotheliale groeifactor (VEGF) en aldus de biologische activiteit van deze groeifactor tegengaat. VEGF speelt een belangrijke rol in de angiogenese van tumoren en mogelijke metastasen.
Uit de gegevensbestanden van PubMed, Embase en Web of Science werden alle relevante onderzoeken verzameld met deze combinatietherapie, gepubliceerd tussen 1966 en 2010. Prospectieve onderzoeken werden ingesloten waarin de behandeling met de combinatie van bevacizumab en chemotherapie of met een ‘biological’ (lees monoklonale antistof) werd vergeleken met die met alleen chemotherapie of een biological.
In totaal werden 10217 patiënten met een scala aan vergevorderde solide tumoren uit 16 gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken ingesloten. De incidentie van fatale bijwerkingen bij behandeling met bevacizumab was 2,5% (95% CI; 1,7-3,9%). Vergeleken met behandeling met alleen chemotherapie waarbij dezelfde incidentie 1,7% was, betekende de toevoeging van bevacizumab een toename van het RR: 1,46 (95% CI: 1,09-1,94; p=0,01). Het verband wisselde significant met het gebruikte chemotherapeuticum, maar niet met de tumor of de dosering van bevacizumab. Een toegenomen risico op een fatale bijwerking trad op bij de combinatie van bevacizumab met taxanen of met platinabevattende oncolytica (RR 3,49; 95% CI: 1,82-6,66), maar niet met andere chemotherapeutica. De meest frequent gerapporteerde bijwerkingen met fatale afloop waren bloedingen (23,5%), neutropenie (12,2%) en gastro-intestinale perforatie (7,1%).
De auteurs concluderen dat de toevoeging van bevacizumab aan de behandeling van kanker met chemotherapie of een biological de kans op een fatale bijwerking verhoogt.
In een redactioneel commentaar wijst Hayes erop dat de behandelaar door deze bevinding en de hoge kosten van bevacizumab aangespoord wordt tot extra voorzichtigheid bij gebruik ervan. Het lijkt erop dat slechts in individuele gevallen erg goede resultaten met bevacizumab kunnen worden bereikt. Onderzoek naar het gebruik bij kinderen is onvoldoende uitgevoerd en gebruik wordt daarom afgeraden.
Opmerking redactie: voor deelname aan de ingesloten onderzoeken van de meta-analyse bestonden veel exclusiecriteria, zoals lever-, nier- en bloedaandoeningen, manifeste hartziekten, perifeer arterieel vaatlijden, onbehandelde hypertensie, belangrijke chirurgische ingrepen in de laatste vier weken, hersenmetastasen, chronisch gebruik van acetylsalicylzuur (>325 mg), gebruik van anticoagulantia, etc. Vooral bij ouderen, zeker in geval van comorbiditeit, lijken de mogelijkheden tot het voorschrijven van bevacizumab beperkt.
N.B.: Bevacizumab wordt ook intravitreaal toegediend bij leeftijdsgebonden natte maculadegeneratie.
BR> Belangenverstrengeling: enkele auteurs ontvingen honoraria van farmaceutische bedrijven.
Ranpura V, Hapani S, Wu S. Treatment-related mortality with bevacizumab in cancer patients. A meta analysis. JAMA 2011;305:487-94.
Hayes DF. Bevacizumab treatment for solid tumors: boon or bust. JAMA 2011;305:506-8.
Bevacizumab is in Nederland op de markt als Avastin®
Auteurs | Dr. P.L.B. Bruijnzeel |
---|---|
Thema | Bijwerkingen |
Publicatie | 30 juni 2011 |
Editie | PiL - Jaargang 15 - editie 5 - Editie 5, 2011 |